Blog Layout

Oh, those sweet memories... 

16 Oktober 2016, een dag die ik noot meer zal vergeten. Ooit woog ik 100 kilo, en er kwam een dag dat ik besloot dat het genoeg was. Ik moést iets aan mijn gezondheid gaan doen, en dat deed ik. Ik begon in de sportschool, maar het leek me ook wel leuk om eens te proberen te gaan hardlopen. Heel voorzichtig, en met een enorm gevoel van schaamte, begon ik met hardlopen. Eerst op een paar gympies, deze ruilde ik al snel in voor een paar echte hardloopschoenen. Ik ging het steeds leuker vinden en werd steeds fanatieker. Wedstrijden begonnen mijn interesse te krijgen, en toen mijn vriendin me op een dag wees op een Cityrun in mijn eigen stad besloot ik me in te schrijven. Fantastisch vond ik het, en al snel volgden meer wedstrijden. Niet om te winnen hoor, want ook in die tijd was ik al niet snel. Nee, ik deed mee voor de sfeer. Ik werd er steeds beter in, in dat hardlopen. Mijn afstanden werden steeds een beetje langer en op een gegeven moment liep ik zelfs een wedstrijd van 10 kilometer. Op dat moment begon ik zoveel vertrouwen in mezelf te krijgen dat ik begon te dromen over een halve marathon. 21,1 kilometer hardlopen, zou ik dat echt kunnen? Ik schreef me in en ging trainen. Mijn trainingen gingen meestal prima, en als generale repetitie liep ik een maand voor mijn halve marathon de Dam tot Dam uit, 16 kilometer. En toen was daar 24 oktober. Wat ik daar gepresteerd heb is voor mij nog steeds heel bijzonder. Ik ben nog steeds retetrots dat ik op die warme oktoberdag 21,1 kilometer heb hardgelopen. En daarom leek het me wel leuk om mijn verhaal van die dag met jullie te delen. 

Kilometer 1 t/m 10


Na 5 kilometer voelde ik me nog steeds fantastisch, en in gedachten zag ik mezelf al finishen in het Olympisch stadion. Dat wat ik me nog niet helemaal voor kon stellen toen ik in het startvak stond, zou echt gaan gebeuren. Ik zou die 21,1 kilometer uitlopen. Rond dit punt besloot ik ook dat het tijd was voor wat muziek, we liepen inmiddels in wat stiller gebied waar ook niet heel veel te zien was. En wat denk je? Ik verlies gewoon wéér een van de zachte dopjes aan het oorstuk waardoor ik net als ik Hoorn met maar 1 oordop moest lopen. Binnenkort ga ik écht maar eens kijken voor een andere koptelefoon. Moet meteen maar een draadloze worden, als je tips hebt hoor ik ze graag! Rond kilometer 7 was het tijd voor mijn eerste gel, Etixx met lemon smaak. Ik kan er niks aan doen, maar ík vind hem lekker! Op een gegeven moment kreeg ik last van droge lippen, en toverde ik uit mijn magische rugzak mijn Labello tevoorschijn. Ik heb toen flink gelachen met een dame die me inhaalde en vertelde dat ze dacht dat ik een sigaret op stak! Na even gebabbeld te hebben met deze mevrouw liep zij weer verder, en liep ik nog steeds lekker in mijn eigen tempo. Ook werd ik nog ingehaald door een jonge man die op dit stuk zelfs nog puf had om een liedje te zingen! En ineens was daar kilometer 10.


Kilometer 10 t/m 15


Ik kon me niet voorstellen dat het zo makkelijk ging, bij de Dam tot Dam afgelopen maand kreeg ik het bij deze afstand al wat zwaarder en nu liep ik nog zo makkelijk. Terwijl het net zo warm was als toen. Op dat punt was ik er van overtuigd dat het nu ieder moment kon gaan gebeuren dat ik het vreselijk zwaar zou gaan krijgen, maar dat gebeurde niet. Zelfs niet toen we rond kilometer 14 onder een spoorbrug door moesten en we dus een kleine afdaling met bijbehorend klimmetje voor onze kiezen kregen. Ik liep met twee vingers in mijn neus omlaag en weer omhoog. En nog steeds kon ik me niet voorstellen dat het zo gemakkelijk ging allemaal! Inmiddels liepen we weer drukker gebied in, en ik besloot om mijn muziek uit te zetten. Inmiddels zaten we op de 15 kilometer en was het tijd voor mijn tweede gel. Hier was ik trouwens ook even de weg kwijt, éven dacht ik dat we al bijna bij het Rijksmuseum waren, maar dat klopte niet met het aantal kilometers. Loslaten was hier het sleutelwoord, mijn gevoel en mijn horloge vertelden me twee verschillende dingen en het beste dat ik hier kon doen was doorlopen. Een klein stukje verder wist ik weer waar we waren en wist ik ook dat het langer lopen was dan de afstand van het museum naar het stadion. Maar ik ging nog steeds lekker, dus dat was geen probleem!


Kilometer 15 t/m 18


Niet te geloven, maar ik voelde me hier nog steeds fit! Zelfs de tunnel waar de Half Crazy Runnerscrews stond (bedankt voor de cheers!) kwam ik nog redelijk probleemloos door, al moet ik zeggen dat het laatste stukje wel even lastig was. Vooral het stuk de brug op was zwaar, en hier dacht ik voor het eerst dat ik nu toch wel snel binnen hoopte te zijn. Maar dit gevoel was al snel na dat klimmetje weer verdwenen, het ging eigenlijk nog steeds lekker. Ik liep zelfs 1.24 minuten onder mijn schema! Zou het dan tóch gaan gebeuren dat ik hem niet alleen uitliep, maar ook nog eens onder de 2.35 zou lopen?! Glimlachend liep ik verder want ik wist dat het me zou lukken. Met nog 4 kilometer voor de boeg maakte ik even een foto van een frisse halve marathon debutant en appte deze naar Sas. Maar toen we eenmaal het Vondelpark inliepen....


Kilometer 18 t/m 20


Daar werd het zwaar. En niet een beetje zwaar, maar zwaar op een manier dat ik zelfs begon te denken aan wandelen. Wandelen, het klonk zó aanlokkelijk! Wan-de-len, niet rennen, even mijn spieren rust geven. Maar het publiek daar, serieus, die drágen je op handen! Je wordt aangemoedigd als een Olympische held, ze juichen je meter voor meter richting het stadion, en even werd ik emotioneel. Wat was dit een geweldig gevoel! Mijn lichaam reageerde hier heel vreemd op, of misschien niet mijn lichaam maar mijn hoofd. Pijn werd afgewisseld met pijnloos. De ene meter wilde ik opgeven, de volgende meter wist ik dat ik het zou halen. Heb je trouwens een idee hoe lang dat park eigenlijk is?! Ein-de-loos! Bij iedere meter die verstreek vroeg ik me af of ik er al was, want ik wist van vorig jaar dat het vanaf het moment dat je het park uitloopt het nog maar een klein stukje zou zijn. Al is een klein stukje in dit geval een relatief begrip want die laatste anderhalve kilometer leken langer dan de eerste 15!

Kilometer 18 t/m 20


Daar werd het zwaar. En niet een beetje zwaar, maar zwaar op een manier dat ik zelfs begon te denken aan wandelen. Wandelen, het klonk zó aanlokkelijk! Wan-de-len, niet rennen, even mijn spieren rust geven. Maar het publiek daar, serieus, die drágen je op handen! Je wordt aangemoedigd als een Olympische held, ze juichen je meter voor meter richting het stadion, en even werd ik emotioneel. Wat was dit een geweldig gevoel! Mijn lichaam reageerde hier heel vreemd op, of misschien niet mijn lichaam maar mijn hoofd. Pijn werd afgewisseld met pijnloos. De ene meter wilde ik opgeven, de volgende meter wist ik dat ik het zou halen. Heb je trouwens een idee hoe lang dat park eigenlijk is?! Ein-de-loos! Bij iedere meter die verstreek vroeg ik me af of ik er al was, want ik wist van vorig jaar dat het vanaf het moment dat je het park uitloopt het nog maar een klein stukje zou zijn. Al is een klein stukje in dit geval een relatief begrip want die laatste anderhalve kilometer leken langer dan de eerste 15!


The end is near, nog 1,1 kilometer!

Ik kon nog maar aan een ding denken, hoe ik over de finish zou komen. Wandelen was inmiddels helemaal uit mijn hoofd verdwenen, ik zou wat er ook gebeurde door blijven rennen. Die 21,1 kilometer, een halve marathon, zou ik echt helemaal hardlopend afleggen. Pijn en pijnloos wisselden elkaar nog steeds af, maar op een manier die vol te houden was. Dat was anders met een jonge man die ik in de laatste kilometer passeerde, die leek er echt helemaal doorheen te zitten. Nog even gevraagd of hij ok was, hij gaf aan van wel, en ik liep verder. Ben wel benieuwd hoe hij over de finish is gekomen. En daar was het stadionplein, het Olympisch stadion, de plek waar ik voor de tweede keer in mijn leven over de finish zou komen. Het blijft een machtig gevoel! Het publiek juichte me naar de ingang van het stadion, en daar kreeg ik echt kippenvel over mijn hele lichaam. En...wat hoorde ik daar nou? Het leek toch serieus wel of ik geroepen werd! Ik keek om, maar zag niks. Besloot nog wel even mijn handen in de lucht te gooien ter begroeting aan degene die mij misschien echt wel riepen. Het bleken later mijn lieve vrienden met hun dochters die ook speciaal voor mij naar Amsterdam waren gekomen. Ad, Sas, Samirah en Michelle, bedankt, jullie zijn schatten! De laatste 200 meter legde ik echt lachend en genietend af. Het was me gelukt! Ik mag mezelf vanaf vandaag halve marathon loopster noemen! En niet geheel onbelangrijk....ik kwam uiteindelijk in 2.32.55 over de finish, ruim 2 minuten sneller dan mijn doel was!


At the end of the line

Moest ik nog wel even denken aan Ed en mijn oom, die beiden dit jaar overleden. Wat zouden ze trots op me zijn geweest! Lang duurde deze gedachten alleen niet, want ik stond nog maar even stil en ik schoot aan alle kanten in de kramp. Doorwandelen dan maar, en natuurlijk mijn welverdiende medaille ophalen. Wat ben ik enorm trots op wat ik heb gedaan! Twee en een half jaar geleden begon mijn reis naar een fit en gezond leven. Anderhalf jaar geleden liep ik mijn eerste 5 km, vorig jaar liep ik 8 kilometer in Amsterdam en nu liep ik een halve marathon! Maar dit is niet het einde van mijn reis. Deze 21,1 kilometers zijn het begin van een nieuwe reis, de reis naar hopelijk de marathon van Rotterdam in 2018. Maar met de kans dat ik dit doel bij moet stellen omdat ik de limiet van 5 uur misschien niet haal. In dat geval sta ik over twee jaar aan de start van de Amsterdam marathon in oktober 2018.


door Sonja 6 november 2024
Waar ik al bang voor was werd vanmorgen werkelijkheid, Amerika heeft wederom gekozen voor iemand die met mooie praatjes weer genoeg Amerikanen wijs heeft weten te maken dat hij echt het beste voor heeft met zijn land, en zelfs met de wereld. Onze wereld is weer een stukje onveiliger geworden.
door Sonja 5 november 2024
Wanneer Diamante van Zucchero door de boxen klinkt, zie ik het gebeuren. Tranen wellen op in haar ogen en wanneer ik vraag waarom ze huilt sluit ze haar ogen waardoor opgewelde tranen gedwongen worden om de ruimte op te zoeken en over Gea’s wangen naar beneden rollen. “Mijn vader en moeder” komt er voorzichtig uit. “Waar zijn mijn vader en moeder? Ik zie ze nooit meer.”
door Sonja 26 oktober 2024
Liggend in bed, het is pas half negen in de ochtend, dringen de tranen zich aan hem op. Steeds wanneer hij opnieuw begint te huilen slaat hij onmiddellijk zijn handen voor zijn gezicht en ogen. Alsof hij wil zorgen dat ik zijn tranen niet zie. Maar ik zie ze wel. Ik besluit even bij hem te blijven en zorg te bieden in de vorm van een luisterend oor, want dat is minstens zo belangrijk als het helpen met wassen en aankleden.
Share by: