Nog niet zo heel lang geleden kwam Henk bij ons op de afdeling wonen. Henk is een intelligente man die leeft met een vorm van dementie. Tot voor kort woonde hij alleen, maar helaas ging dit niet langer meer en dus verhuisde hij naar onze afdeling.
De eerste dagen dat Henk bij ons was wist hij heel goed te verbloemen dat hij dementie heeft, maar na een tijdje werd toch wel duidelijk dat meneer bij ons echt wel op de juiste plek is. Hij vind zijn draai steeds meer. Van een sombere man die niet leek te weten wat het nu allemaal overkwam, veranderde hij in een man die graag grapjes maakt en zich toch wel leek te beseffen dat het beter was dat hij niet meer alleen thuis woonde.
Toch vind hij het ook moeilijk. Henk was tot niet eens zo heel lang geleden een zelfstandige man die zelf de touwtjes in handen had, en nu wordt hij bij de dagelijkse dingen ondersteund en regelen zijn lieve dochters de dingen die hij zelf niet meer kan. Een van die dingen zijn zijn financiën, daar lijkt hij nog het meeste moeite mee te hebben.
Vanaf dag 1 heeft Henk het over zijn pinpas en zijn portemonnee. Het is niet verstandig om de pinpas van de bankrekening waar alle rekeningen van betaald worden zelf in bezit te hebben, bij diefstal zouden de gevolgen erg groot zijn. Omdat Henk bij ons in huis woont en niet meer alleen op stap gaat heeft hij geen contant geld nodig, maar dat wil hij wel erg graag.
En dat snap ik wel! Hoe moeilijk moet het wel niet zijn om álle controle uit handen te geven? En is geld dan niet iets dat in beperkte mate evengoed nog in zijn bezit zou moeten zijn? Het gaat niet om het kunnen kopen van wat dan ook, maar om het bij zich dragen van een klein bedrag. Want dat is Henk zo gewend. Het is een van de dingen waar hij nog enigszins grip op heeft. Toch?
Vandaag nam ik een collega over in de huiskamer waar Henk en een aantal dames van onze afdeling overdag mee doet aan activiteiten. Ik was koud binnen of hij begon tegen me te praten. Henk heeft met zijn dochters afgesproken dat er altijd een bedrag in zijn portemonnee zit, en hij was er van overtuigd dat hij een deel van dat bedrag in zijn zakdoek in zijn broekzak had gedaan. Hij liet de zakdoek met een triestig gezicht zien, het geld was weg.
“Ik heb een gat in mijn hoofd” vertrouwde Henk me toe. “Mijn geheugen laat me steeds vaker in de steek, en ik besef het me” zei hij terneergeslagen. Hij wist nog wel dat hij het geld in zijn hand had gehad maar op het moment dat hij vertelde dat hij het geld in de zakdoek had gedaan twijfelde hij hier meteen al over. Want misschien zat het wel gewoon nog in zijn portemonnee, Henk wist het echt niet meer! Toen ik het er later met mijn collega over had vertelde zij me dat Henk er zo over in zat dat hij er zelfs van moest huilen.
Onze lieve, intelligente Henk die zo graag grapjes maakt en mooie verhalen kan vertellen, zich beseft dat hij steeds dingen vergeet en controle wil houden over sommige dingen, raakt de controle kwijt over juist die dingen. Mijn collega is even met hem naar zijn appartement gegaan om te kijken of zijn geld nog in de portemonnee zat, en Henk was erg opgelucht toen dit het geval bleek. Aan de avonddienst hebben we verteld wat er speelde zodat ook zij meneer gerust kunnen stellen wanneer hij weer vraagt om het geld in zijn portemonnee.
Wat is dementie toch een vreselijke rotziekte. Het is zo verdrietig om te zien wat dementie met iemand doet, en wat het doet met iemand wanneer hij of zij zich beseft dat het geheugen steeds vaker begint te haperen. Hoe moeilijk moet het zijn dat het geheugen steeds verder gewist wordt en de er steeds minder controle is over de dingen die ooit zo vanzelfsprekend waren.