Blog Layout

Dag jongen

“Dag jongen…” Hennie staat voor het raam van haar appartement en zwaait naar iemand. Het is donker buiten. De schemerlampen in haar kamer zijn aan en er staan twee kaarsen te flakkeren voor het raam. Geen echte natuurlijk, want vanwege brandgevaar mogen er geen echte kaarsen gebruikt worden, maar flakkeren doen ze. Ik had de zoon van Hennie weg zien gaan, en omdat zij vaak erg onrustig is in de avond en eigenlijk de hele dag door wel loopdrang heeft besloot ik om even te gaan kijken hoe het met haar was. Ik klop op de deur en loop naar binnen, Hennie lijkt me niet te hebben gehoord. Maar ik hoor haar wel, ik hoor haar duidelijk “dag jongen” zeggen terwijl ze zwaaiend voor het raam staat. 


Een besef momentje, want Hennie is niet alleen onze bewoonster en zorgvrager, ze is ook moeder. Ondanks de aandoening die haar woordenschatkist dusdanig door elkaar heeft gehusseld waardoor zij nog veel woorden tot haar beschikking lijkt te hebben, maar hier meestal geen begrijpelijke zinnen meer van kan maken. Die aandoening zorgt er ook voor dat zij eigenlijk de hele dag door zoekende is. Dan weer naar haar kinderen, dan weer naar haar ouders. Wij zien dagelijks een onrustige en zoekende Hennie, de ene dag wat heviger dan de andere, maar die onrust is er eigenlijk altijd wel. Maar ondanks dit alles is Hennie ook nog steeds moeder.


Dit mooie en liefdevolle moment waarbij moeder Hennie voor het raam stond om haar geliefde zoon uit te zwaaien en moederlijk “dag jongen” zei, terwijl zoon het niet kon horen omdat hij beneden net in zijn auto stapte, deed me echt even beseffen dat ze zoveel meer is dan een dame op leeftijd die geplaagd wordt door haar aandoening. Dat ze meer is dan een zorgvrager, meer dan de bewoner op de afdeling waar ik werk. Hier stond een liefhebbende moeder. Ik nam dit warme tafereel in me op en besloot toen naast Hennie te gaan staan. “Kijk, Hans!” vertelde ze me. “Naar huis” legde ze uit. En samen zwaaiden we Hans uit tot zijn auto de hoek om reed. 


Hennie draait zich om en begint haar broek uit te trekken. “Ik ga slapen” en ze stapt met blote benen maar met haar bovenkleding en sokken nog aan in bed. In een oogwenk verandert Hennie toch weer in de zorgvrager die mijn collega’s en ik dag in dag uit helpen, begeleiden en ondersteunen. Die wij troosten als zij in haar onrust niet vind wat zij zoekt, die wij kalmeren als zij zich lijkt te beseffen dat ze niet meer de Hennie is van vroeger. Een Hennie die kon zeggen wat ze dacht zonder eerst te moeten graven in de rommelige woordenschatkist. 


De moeder die een paar tellen eerder haar zoon uitzwaaide verdwijnt weer naar de achtergrond en maakt ruimte voor een dame op leeftijd die bij steeds meer dingen hulp nodig heeft omdat haar hersenen worden aangetast door haar ziekte, waardoor de meest eenvoudige dingen een grote opgave voor haar zijn geworden. Stap voor stap vertel ik Hennie wat ze mag doen. De trui mag uit, het hemd mag uit, het nachthemd mag aan. Kom we gaan naar de badkamer. Pak de tandenborstel maar. Doe er maar tandpasta op, gevolgd door het voordoen van deze handeling omdat Hennie niet lijkt te begrijpen wat de bedoeling is. “Kom Hennie, je mag in bed gaan liggen, dan stop ik je lekker toe. Wil je je sokken aanhouden als je gaat slapen?” De sokken blijven aan en Hennie gaat liggen. Ik vraag of ze goed ligt, en wanneer Hennie lekker ligt stop ik haar toe. Ik  geef haar een warme kus op het voorhoofd en wens haar een goede nacht. 


De schemerlampen gaan uit en ik verlaat haar kamer. “Dag Hennie” 


door Sonja 6 november 2024
Waar ik al bang voor was werd vanmorgen werkelijkheid, Amerika heeft wederom gekozen voor iemand die met mooie praatjes weer genoeg Amerikanen wijs heeft weten te maken dat hij echt het beste voor heeft met zijn land, en zelfs met de wereld. Onze wereld is weer een stukje onveiliger geworden.
door Sonja 5 november 2024
Wanneer Diamante van Zucchero door de boxen klinkt, zie ik het gebeuren. Tranen wellen op in haar ogen en wanneer ik vraag waarom ze huilt sluit ze haar ogen waardoor opgewelde tranen gedwongen worden om de ruimte op te zoeken en over Gea’s wangen naar beneden rollen. “Mijn vader en moeder” komt er voorzichtig uit. “Waar zijn mijn vader en moeder? Ik zie ze nooit meer.”
door Sonja 26 oktober 2024
Liggend in bed, het is pas half negen in de ochtend, dringen de tranen zich aan hem op. Steeds wanneer hij opnieuw begint te huilen slaat hij onmiddellijk zijn handen voor zijn gezicht en ogen. Alsof hij wil zorgen dat ik zijn tranen niet zie. Maar ik zie ze wel. Ik besluit even bij hem te blijven en zorg te bieden in de vorm van een luisterend oor, want dat is minstens zo belangrijk als het helpen met wassen en aankleden.
Share by: